Hoogte verwijst naar hoe hoog boven zeeniveau is van een bepaalde locatie. Wijzigingen in de hoogte invloed op het weer op verschillende manieren, van temperatuur tot neerslag, die belangrijk is om te overwegen wanneer het reizen of verhuizen naar een nieuw gebied van het land of de wereld.
Temperatuur
Naarmate de hoogte toeneemt, daalt de temperatuur. In deel, is dit omdat de sfeer is verwarmd van de grond af als energie van de zon opnieuw uitgezonden van het oppervlak der aarde is; Hoe verder je bent van het oppervlak, hoe kouder het wordt. Bovendien is de luchtdruk op hogere waterstand is lager, waardoor lucht-moleculen bewegen langzamer, waardoor de temperaturen dalen. Het tarief waartegen de temperatuur bij hogere waterstand daalt heet de vervallen rente. Het bedraagt gemiddeld een daling van de 3,5 graden Fahrenheit op een temperatuur voor elke 1.000 voeten u klimmen.
Winterweer
Wintermaanden vaak produceren meer sneeuw bij hogere verhogingen. Laaggelegen wolken of mist komen ook vaker op hogere waterstand, vooral tijdens de koudere maanden. Op hogere breedtegraden, kan zoals in Alaska, de verhouding tussen de hoogte en temperatuur worden omgekeerd in de winter. Dit is omdat de ijskoude lucht verzamelt soms aan de voet van een berg, dus het is eigenlijk warmer bij hogere verhogingen.
Regio
Regio's dichter bij de evenaar hebben hogere temperaturen dan die dichter aan de Polen van de aarde. Dit beïnvloedt de weerpatronen zelfs bij hoge waterstand. Bijvoorbeeld, tijdens de zomer in Colorado, veel mensen wandelen hoge bergen zonder veel koud weer versnelling, maar wandelaars in Alaska wellicht nog bundel omhoog als zij zich naar de piek verplaatsen. De winters in de Mexicaanse bergen zijn waarschijnlijk minder ernstig dan die in de Zwitserse Alpen, omdat ze in een warmer klimaat.
Wind
Hoe hoger je gaat, de winderiger het wordt, met name wanneer het is kouder, dat is iets in gedachten te houden als u genieten van het wandelen in de bergen. Wind speelt ook een rol in hoe het weer bij hogere verhogingen verandert. Wanneer de wind stromen tot de zijkant van een berg, veroorzaakt het een toename vocht, produceren meer neerslag in de vorm van ijzel, hagel, regen of sneeuw. Dit verschijnsel heet het orografische effect. Naarmate de wind van de andere kant van de berg het vocht daalt, waardoor de droger weer, een aandoening aangeduid als de regen schaduweffect.