Het leerplan Shurley methode is een Nederlands/grammatica-leermethode die werd ontwikkeld in de vroege jaren 1970 door Brenda Shurley en op nationaal niveau wordt gebruikt in scholen; het is ook beschikbaar voor huis het scholen gebruik. Het curriculum van gescripte lessen omvatten verhalen en rijmpjes die moeilijke grammatica concepten die soms saai en moeilijk te zijn leren leren en kan gemakkelijk worden aangepast aan de individuele leerling. Het maakt gebruik van jingles chanted of gezongen op pakkende melodieën en Les georiënteerde ambachten, veel dagelijkse herhaling en beoordelingen van concepten in de vorige lessen geleerd.
Overzicht
Het doel van de afkortingen, een afkorting voor etiketten, is op het etiket van de elementaire zinnen gepresenteerd in de sectie van het vraag en antwoord Flow van student werk pagina's aanleren van het ontwerp en de structuur van hun geschreven taal. Deze sectie is een serie van vraag en antwoorden die studenten gebruiken voor het analyseren van de rol speelt van elk woord in een zin en geeft studenten een duidelijke, concrete procedure voor de bepaling van elk gedeelte van de uitspraak. De Stichting van de samenstelling van de zin is te begrijpen van de woordsoorten, zoals artikelen, onderwerpen, werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, etc. teneinde beter op de fundamentele zinnen gegeven in de les ook over praktijk en herzien. Studenten leren om uit te breiden op de fundamentele zinnen met meer complexe en beschrijvende synoniemen, antoniemen of volledige woord verandert. Afkortingen begint in Level 1 en worden uitgebreider zijn, zoals de niveaus te verhogen.
Grammatica Labels gebruikt voor alle niveaus 1-8
N - zelfstandig naamwoord
SN - onderwerp zelfstandig naamwoord
Pro - voornaamwoord
SP - onderwerp voornaamwoord
V - werkwoord
A - artikel bijvoeglijk naamwoord
ADJ - bijvoeglijk naamwoord
Adv - bijwoord
P - voorzetsel
OP - Object van het voorzetsel
PPA - bijvoeglijk naamwoord de bezittelijke voornaamwoord
S - eenvoudige zin
F - fragment
Grammatica Labels voor niveau 2-8
HV - werkwoord helpen
PNA - bijvoeglijk naamwoord de bezittelijke Woordherkomst en-opbouw
D - declaratieve zin
E - exclamatory zin
Int - vragende zin
IMP - dwingende zin
SN V P1 - onderwerp zelfstandig naamwoord werkwoord patroon 1
Grammatica Labels voor niveau 3-8
CSN - samengestelde onderwerp zelfstandig naamwoord
CSP - samengestelde onderwerp voornaamwoord
CV - samengesteld werkwoord
V-t-werkwoord-transitieve
CV-t - samengestelde werkwoord-transitieve
LV - Linking werkwoord
CAdj - samengestelde bijvoeglijk naamwoord
CAdv - samengestelde bijwoord
COP - Samengestelde Object van het voorzetsel
C - conjunctie
I - tussenwerpsel
DO - lijdend voorwerp
CDO - samengestelde lijdend voorwerp
IO - meewerkend voorwerp
CIO - samengestelde meewerkend voorwerp
PrN - predikaat Woordherkomst en-opbouw
PA - predikaat bijvoeglijk naamwoord
SCS - eenvoudige zin samengestelde onderwerp
SCV - eenvoudige zin samengesteld werkwoord
CD - samengestelde zin
SN V-t doen P2 - onderwerp zelfstandig naamwoord werkwoord-transitieve lijdend voorwerp patroon 2
SN V-t IO doen P3 - onderwerp-zelfstandig naamwoord werkwoord-transitieve meewerkend voorwerp lijdend voorwerp patroon 3
SN LV PrN P4 - onderwerp-zelfstandig naamwoord Linking werkwoord Predicate zelfstandig naamwoord patroon 4
SN LV PA P5 - onderwerp-zelfstandig naamwoord Linking werkwoord Predicate adjectief patroon 5
Grammatica Labels voor de niveaus 4-8
CLV - samengestelde Linking werkwoord
CX - complexe zin
Grammatica Labels voor niveau 5-8
CPrN - samengestelde Predicate Woordherkomst en-opbouw
CPA - samengestelde Predicate bijvoeglijk naamwoord
Grammatica Labels voor niveaus 7-8
OCN - Object aanvulling Woordherkomst en-opbouw
COCN - samengestelde Object aanvulling Woordherkomst en-opbouw
OCA - Object aanvulling bijvoeglijk naamwoord
COCA - samengestelde Object aanvulling bijvoeglijk naamwoord
CD - CX - Compound - Complex zin
SN V-t doen OCN P6 - onderwerp-zelfstandig naamwoord werkwoord-transitieve lijdend voorwerp Object aanvulling zelfstandig naamwoord patroon 6
SN V-t doen OCA P7 - onderwerp-zelfstandig naamwoord werkwoord-transitieve lijdend voorwerp Object aanvulling adjectief patroon 7