In januari 2011, het Bureau of Labor Statistics gemeld dat 14,7 miljoen Amerikaanse werknemers tot een Unie behoorden. Vakbonden hebben een cruciale rol gespeeld in de Amerikaanse geschiedenis van de arbeid. Politici, zakenmensen, en vakbondsleiders en leden hebben jarenlang gestreden over de rol van vakbonden moeten op de Amerikaanse arbeidsmarkt. Tot ergernis van veel anti-Unie zakenmensen, hebben Amerikaanse wetgevers gezorgd voor de beschermde status van vakbonden. Echter plaatst Amerikaanse wet ook beperkingen op de bevoegdheden van de vakbonden.
Geschiedenis
Congres de eerste wet bescherming van het recht van werknemers om toe te treden van de vakbonden in 1914 met de Clayton-Act. De Clayton Act gelegaliseerd vakbonden en verklaard dat dergelijke organisaties geen schending van anti-trust wetten. Meer dan 10 jaar later, Congres ingestemd met de Railway Labor Act, die verplicht werkgevers om deel te nemen in de CAO en verboden discriminatie van vakbonden. In de vroege jaren 1930, de Norris-LaGuardia wet gaf vakbonden de toestemming om te staken en uitgesloten federale rechtbanken van de afgifte van dwangbevelen stakers dwingen om terug te keren om te werken.
National Labor Relations Board
Ondanks beste inspanningen van het Congres ter voorkoming van botsingen tussen werknemers en werkgevers, bedrijven blijven blokkeren van de vorming van vakbonden en stakingen blijven plaatsvinden. Voor oplossen naar de werkstuk meer effectief, Congres ingestemd met de National Labor Relations Act in 1935, die het mandaat van de oprichting van de National Labor Relations Board. De National Labor Relations Board helpt medewerkers van de particuliere sector vakbonden organiseren, onderzoekt beschuldigingen van schendingen van de mensenrechten en het oplossen van arbeidsconflicten. Daarnaast bezit de Raad van bestuur de bevoegdheid om te beslissen gevallen die niet kunnen worden afgewikkeld en afdwingen van zijn arrest.
De Akte Taft-Hartley
Na de Tweede Wereldoorlog was Congres minder vriendelijk voor vakbonden. Het voorbij het Akte Taft-Hartley in 1947, en dit gewijzigd van de National Labor Relations Act van 1935. Krachtens de wet, kon de vakbonden niet bedreigen of straffen van medewerkers die ertegen hebben gestemd of het openbaar bekritiseerd. Een andere bepaling van de wet verboden vakbonden van werknemers om bij hen te dwingen. Ook gaf de Taft-Hartley wet werkgevers de vrijheid van meningsuiting te bekritiseren vakbonden binnen bepaalde grenzen.
De wet Landrum-Griffin
De jaren 1950 luidde een tijdperk van hebzucht en corruptie voor vakbonden, verduisterde in welke leiders organisatie-fondsen voor hun eigen doeleinden. Wetgevers besefte dat verdere wetgeving nodig waren om vakbonden transparanter en democratischer. De Landrum-Griffin Act van 1959 vereist dat de vakbonden grondwetten, financiële verslagen en statuten met de federale overheid indienen moeten; een unielid met een goede reputatie kan benoemen en stemmen voor een kandidaat in zijn organisatie van de verkiezingen; en communautaire middelen kunnen niet worden gebruikt ter bevordering van elke kandidaat.